Toelichting overzicht baten en lasten

Uitvoering Nota Beheer Openbare Ruimte: hogere baten vanuit de vergoedingen die de gemeente ontvangt van derden voor werkzaamheden die zij willen verrichten in de openbare ruimte.

Opbrengsten Rioolheffing: lagere baten als gevolg van een afwijking van de indexering ten opzichte van de gemeentelijke uitgangspunten.

Maatregelen aanpak Luchtkwaliteit: lagere baten en lasten voor de NAL (Nationale Aanpak Laadinfra) G4 subsidie, dit schuift door naar 2025.

Opbrengsten Afvalstoffenheffing: lagere baten door het achterblijven van de groei van het aantal huishoudens in het jaar 2024. Verder heeft de impact van de aanpassing in de verordening 2023 artikel 6.4 "Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang" meer negatief uitgepakt dan geprognosticeerd.

Bodem en Ondergrond: lagere baten en lasten op verschillende Bodem subsidies onder ander voor het Gebiedsplan, Griftpark, lood, PFAS, en niet-genormeerde stoffen. Deze projecten schuiven door naar 2025.

Kosten Riolering: hogere lasten als gevolg van een afwijking van de indexering ten opzichte van de gemeentelijke uitgangspunten.

Grondstoffendepot: hogere lasten als gevolg een eenmalige afschrijving op de panden, conform BBV regelgeving. Dit zal leiden tot lagere lasten in de toekomst.

Kosten Bedrijfsafval: hogere lasten door het treffen van een voorziening van oninbaarheid en de toename van de inzamelkosten door inhuur voertuigen en personeel.

Meerjaren Groenprogramma: hogere lasten op diverse vergroeningsprojecten. Dit verschil verrekenen we met de reserve en lopen we in door de programmering in de toekomst aan te passen.

Dagelijks onderhoud schoon : hogere lasten voor verwijderen van bijplaatsingen, zwerfafval en schoonhouden wijken. Oorzaken zijn meer bijplaatsingen, grotere volumes aan bijplaatsingen, extra werkzaamheden zwerfafval en extra inzet om het gewenste kwaliteitsniveau te halen. Tegenover een deel van de hogere lasten staan hogere baten.

Kosten Huishoudelijke Afvalinzameling: hogere lasten voornamelijk door meer verwerkingskosten door toename aantallen tonnages grof vuil; meer inzamelkosten voor containers, transportmiddelen en inhuur van personeel. Lagere lasten voor afschrijving en rente door minder investeringen.

Milieu en Luchtkwaliteit: hogere lasten voor beleidsuitwerking en advisering aan de gebiedsopgaven.

Gezond Gedrag in de Openbare Ruimte: lagere lasten doordat verschillende projecten van Spelen, Sporten, en Bewegen worden afgerond in of doorschuiven naar 2025.

Wervengebied: naast de reguliere programmering voor 2024 is er ook gewerkt aan de afronding van de programmering van de investeringen 2021-2023. Deze verschuiving zorgt voor incidenteel een lagere toerekening aan de exploitatie. Ook zorgt het later afronden van de werkzaamheden voor een incidenteel overschot op de kapitaallasten.

Bodem en Ondergrond: lagere lasten en baten op verschillende Bodem subsidies onder andere voor het Gebiedsplan, Griftpark, lood, PFAS, en niet-genormeerde stoffen. Deze projecten schuiven door naar 2025.